Rozen snoeien

Rozen vallen onder de heester. Rozenstruiken kunnen hoog worden, maar meestal blijven ze laag. Er zijn verschillende soorten struikrozen, welke allemaal groeien en bloeien op hun eigen manier. Je hebt bijvoorbeeld de grootbloemige roos, waar één grote roos per steel groeit, en de trosroos, waarbij meerdere kleine rozen als een tros bijeen groeien. Ook de hele kleine varianten, de miniatuurrozen, vallen onder de struikrozen, net als de grote heesterrozen.

Rozen kunnen flink groeien en om een mooie vorm te houden moet je deze heester snoeien. Je houdt hiermee de roos jong doordat je nieuwe groei vanuit de basis stimuleert. Ook blijft de roos gezond door te snoeien: dode en zieke delen worden weggehaald en de plant wordt luchtiger en daardoor minder vatbaar voor ziektes. Uitgebloeide bloemen snoei je om opnieuw bloeiende rozen te krijgen en geen energie van de plant te verspillen aan het maken van rozenbottels.

Een roos snoei je 2 keer per jaar: in het voorjaar en in de zomer. Rozenstruiken snoei je in het voorjaar vanaf maart, wanneer het niet meer vriest en de sapstromen net op gang komen. Hij staat dan op het punt om uit te lopen, dit kun je zien aan de ‘ogen’ die wat opzwellen op de takken. Als je iets later snoeit is dat niet erg, dan zal hij wat later gaan bloeien. Als je te vroeg snoeit, is het voor de roos lastig om de snijwond te sluiten, omdat hij dan nog in rust is. Met een open wond is de roos gevoeliger voor ziektes en kan de roos bevriezen als er water in de snijwond loopt. Een deel van je rozenstruik zal dan afsterven.

In de zomer snoei je de tweede keer, tijdens deze zomersnoei verwijder je uitgebloeide bloemen. Er wordt soms aangeraden dat je aan het einde van de zomer, in het najaar, je roos ook nog een snoeibeurt kan geven. Hier zitten echter wat bezwaren aan, lees hiervoor verder bij snoeien in het najaar.

Bij het snoeien van de roos kun je niet veel verkeerd doen. De roos zal altijd weer uitlopen en ook altijd weer bloeien. Knip een tak altijd schuin af, zodat er geen water in de snijwond kan blijven staan.

Je kunt een roos ook snoeien in het najaar, zodat hij mooi compact is voor de winter. Jonge scheuten knip je dan terug zodat je de stevige basis van de rozenstruik overhoudt. Hou er echter  rekening mee dat snoeien doet groeien: als je je roos in september snoeit en hij gaat in het najaar verder uitlopen dan zullen de nieuwe delen de winter niet overleven. Wacht met snoeien in het najaar tot de roos geheel klaar is met bloeien, dit is eind oktober / begin november. Het mag nog niet te koud zijn, snoei nooit met vorst.

Geef je roos na elke snoeibeurt rozenmest, dus zowel in het voorjaar als in de zomer. Dit geeft de roos kracht om te herstellen en weer opnieuw te bloeien. Meng de mest met de tuinaarde rond de plant.

Bekijk ook de video, waarin we uitleggen hoe je je roos moet snoeien!

Het beste gereedschap om een roos mee te snoeien is de ‘gewone snoeischaar’, dit is een snoeischaar met bypass. Zorg er altijd voor dat de snoeischaar schoon en scherp is, dan zijn de snoeiwonden mooi schoon en vlak. Zo zorg je ervoor dat de wonden goed opdrogen en dat de plant daar geen ziektes van kan oplopen. Voor de wat dikkere takken kun je gebruik maken van een takkenschaar. Ook bij een takkenschaar is het heel belangrijk dat het mes goed scherp is.