Tips voor meer vogels in je tuin

Ik ben Jeanet en ik werk bij Vogelbescherming. Voor Intratuin schrijf ik gastblogs waarin ik je graag laat zien wat je kunt doen voor de vogels in je tuin. Ook voor een kleine tuin of balkon zijn er namelijk onwijs veel mogelijkheden!

Wat vogels willen is voedsel, veiligheid en zich kunnen voortplanten. Als je daaraan denkt bij de tuininrichting, kom je een eind. Elke vogel heeft wel zo z’n eigen voorkeuren. Daarom is variatie bij het beplanten ook belangrijk. Dus:

1. Voedsel: insecten en andere kleine diertjes, zaden, pitten, noten en fruit.
2. Veiligheid: dichte struiken of bomen, eventueel met doorns.
3. Voortplanting: bomen en struiken voor nesten, nestkasten, nestmateriaal.
4. Variatie: verschillende inheemse planten, die bloeien in de vier seizoenen en diverse hoogtes hebben.

Ik geef je wat tips.

• Leg een grasveldje aan met graszoden of graszaad, in plaats van de tuin te betegelen. Voor paden kies je grind of boomschors.
• Kies voor dichte bomen en struiken, liefst soorten die fruit of bessen dragen of doorns hebben.
• Varieer met inheemse planten die in verschillende seizoenen bloeien. De bloemen lokken bijen, vlinders en andere insecten. En later in het jaar geven ze zaden en pluis (nestmateriaal).
• Zorg voor hoogteverschillen met overgangen van lage planten naar struiken en bomen.
• Laat kale gevels en schuttingen begroeien door klimplanten. Klimplanten maken alles mooier én bieden beschutting aan vogels.
• Overweeg begroeiing op platte daken, zoals een sedum dak. Dat trekt insecten aan, houdt water vast en isoleert.
• Maak een composthoop op een afgelegen plekje.
• Graaf een vijvertje of minivijver met een ondiep deel waar vogels kunnen drinken en badderen. Of plaats een waterschaal.

• Afgevallen blad opruimen. Laat bladeren liggen, of hark ze in de borders, want er zitten veel insecten tussen. Bovendien beschermt afgevallen blad planten tegen vorst.
• Uitgebloeide planten weghalen in de herfst. Laat ze staan tot de lente; zaadeters zijn er dol op.
• Alle struiken tegelijk snoeien. Snoei in fases, want struiken zijn belangrijk als schuilplaats.
• Bessenstruiken te vroeg snoeien. Doe dat pas tegen de lente, als vogels de bessen op hebben.
• Snoeihout en afgevallen takken weggooien. Maak er een takkenril van: een soort wal van opgestapelde takken, bij elkaar gehouden door palen. Veilig voor vogels, kikkers en egels.
• Overgebleven tegels, klinkers en dakpannen afdanken. Gebruik ze voor het aanleggen van een speels hoogteverschil of een lage afscheiding. Ze vormen een natuurlijke, grillige wand met kiertjes en holtes en vochtige omstandigheden. Goed voor veel kleine diertjes.
• Niet zomaar ‘mooie planten’ plaatsen. Lang niet al het groen is aantrekkelijk voor vogels. Hier vind je vogelvriendelijke planten.

Wil je jouw tuin nog vogelvriendelijker maken? Zet dan planten en bomen in je tuin waar ze gek op zijn. Sommige planten hebben eetbare bessen en andere zorgen voor beschutting of een plek om te nestelen. Dit is onze top 10:

1. Grote kaardebol
2. Krentenboompje (Amelanchier)
3. Dwergmispel (Cotoneaster)
4. Struikkamperfoelie (Lonicera tatarica)
5. Appelboom (Malus)
6. Wilde lijsterbes (Sorbus aucuparia)
7. Zonnebloem (Helianthus)
8. Hertshooi (Hypericum)
9. Vuurdoorn (Pyracantha)
10. Gelderse roos (Viburnum Opulus)

Vogelbeschermer Nico de Haan geeft je nog meer handige tips om van je tuin een vogelparadijs te maken.

Ben je benieuwd welke vogels eigenlijk in jouw buurt leven en wat je voor díe vogels kunt doen? Ga dan naar www.mijnvogeltuin.nl en doe de Postcode-vogelcheck. Je vult je postcode in en krijgt meteen de lijst met jouw vogelburen.